De nominale dekkingsgraad (gebaseerd op DNB UFR curve) is gelijk gebleven en bedraagt op 31 mei 2017 114,1%.
De nominale dekkingsgraad is in mei gelijk gebleven omdat:
- De marktrente is in mei licht gestegen (de 30-jaars swaprente met 0,04%) en hierdoor is de voorziening pensioenverplichtingen gedaald met ongeveer € 16 miljoen (positief effect op de dekkingsgraad).
- Het pensioenvermogen (waarde van de beleggingen en overige activa en passiva) is met ongeveer € 18 miljoen gedaald (negatief effect op de dekkingsgraad). De inflatie-derivaten (ter afdekking van het inflatierisico) zijn in waarde gedaald vanwege de gedaalde inflatieverwachting. De rente-derivaten (ter afdekking van het renterisico) daalden in waarde als gevolg van de gestegen marktrente. De beleggingen in vastrentende waarden en aandelen zijn niet veel in waarde veranderd.
Aangezien het pensioenvermogen én de voorziening pensioenverplichtingen in dezelfde mate zijn gedaald, is de dekkingsgraad gelijk gebleven in mei.
De beleidsdekkingsgraad (= gemiddelde nominale dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden) is gestegen met 0,5%-punt en bedraagt per 31 mei 2017 111,2%. Dit ligt 2,1%-punt onder de per 31 maart opnieuw vastgestelde strategisch vereiste dekkingsgraad (113,3%) waardoor het pensioenfonds nog steeds in een positie van reservetekort verkeert.