De nominale dekkingsgraad (gebaseerd op DNB UFR curve) is per ultimo juni (114,3%) gedaald ten opzichte van ultimo mei (115,0%).
De nominale dekkingsgraad is gedaald met 0,7%-punt wat is te verklaren door:
- De gemiddelde marktrente is gedaald met ongeveer 0,02% en hierdoor is de voorziening pensioenverplichtingen gestegen met circa € 8 miljoen (negatief effect op de dekkingsgraad).
- Het pensioenvermogen (waarde van de beleggingen en overige activa en passiva) is met ruim € 11 miljoen gedaald (negatief effect op de dekkingsgraad). De vastrentende waarden en de rente-derivaten (ter afdekking van het renterisico) stegen in licht in waarde in verband met de gedaalde rente maar de aandelen en de Vastrentende waarden Alternatives zijn in meer in waarde gedaald in verband met een ongunstig beursklimaat in juni.
Aangezien het pensioenvermogen is gedaald en de voorziening pensioenverplichtingen zijn gestegen , is de dekkingsgraad gedaald in juni.
De beleidsdekkingsgraad (= gemiddelde nominale dekkingsgraad van de afgelopen 12 maanden) is gelijk gebleven (115,5%). Dit is hoger dan de per 31 maart 2018 vastgestelde strategisch vereiste dekkingsgraad (114,1%). Het fonds heeft dus een reserveoverschot.